De essentie
Bacteriële gewrichtsontsteking komt vooral voor bij biggen. Het gaat daarbij veelal om letsels die primair veroorzaakt worden door bacteriën met een tropisme voor het gewrichtskapsel o.a. streptokokken. In veel gevallen gaat het om infecties vanuit de bloedbaan aangezien varkens vaak drager zijn van deze kiemen ter hoogte van de neus. Bij onderdrukking van de afweer (stress, klimaat, ...) of bij hoge infectiedruk komen de kiemen in het bloed met aantasting van verschillende serosae. Bacteriële artritis naar aanleiding van traumata (huidlesies bij ruwe ondergrond, ...) wordt frequent gezien bij jonge biggen. De ontstane gewrichtsletsels kunnen gekoloniseerd worden door stafylokokken of Trueperella pyogenes waardoor de letsels verergeren.
Er moet aandacht besteed worden aan uitlokkende factoren (stress, hokbezetting, ondergrond, klimaat, ...).
Keuze van het antibioticum
Artritisletsels bij varkens worden systemisch behandeld met antibacteriële middelen.
1ste keuze
procaïne benzylpenicilline2de keuze
trimethoprim + sulfonamiden amoxicilline ampicilline procaïne benzylpenicilline + neomycine tylosine3de keuze
lincomycine lincomycine + spectinomycine oxytetracycline cefquinome ceftiofur+ Resistentie
Streptokokken bezitten een zeer goede gevoeligheid aan beta-lactamantibiotica. In combinatie met aminoglycosiden (neomycine) wordt een synergistische werking gezien.
Minimum inhibitorische concentraties (MICs) van trimethoprim + sulfonamiden voor Streptococcus suis stammen, geïsoleerd in Vlaanderen, zijn de afgelopen jaren gestegen naar om en bij de 50% in 2018. Verschillen in gevoeligheid kunnen optreden naargelang het serotype.
Een hoge graad van resistentie daarentegen wordt aangetroffen tegen lincomycine, spectinomycine en tetracyclines. Deze molecules werden derhalve bij de derde keuze ingedeeld.
+ Staalname en diagnostiek
Bacteriologisch onderzoek met cultuur van de kiem uitgaande van aangetaste of gestorven dieren moet een waarschijnlijkheidsdiagnose op basis van klinische symptomen en bevindingen op lijkschouwing definitief bevestigen.
Plaats staalname:
De oorzakelijke kiem moet aangetoond worden ter hoogte van de aangetaste gewrichten. Gewrichtsvocht kan verzameld worden door een punctie. Het gewricht kan bij dode dieren ook bemonsterd worden via swab.
Hoe bewaren:
Staal wordt dezelfde dag aan het laboratorium bezorgd. Indien niet mogelijk, swab nemen en bewaren in transportmedium. Indien erg lage aantallen kiemen verwacht worden, kunnen de stalen ook in een aanrijkingsmilieu worden geënt. Dit vereist wel een strikt aseptische staalname. De aanwezigheid van 1 enkele contaminante bacterie in het aanrijkingsmilieu kan aanleiding geven tot een vals positief resultaat.
+ Referenties
Hendriksen et al. Occurrence of antimicrobial resistance among bacterial pathogens and indicator bacteria in pigs in different European countries from year 2002 – 2004: the ARBAO-II study. Acta Veterinaria Scandinavica 2008, 50: 19.
Marie et al. Antimicrobial susceptibility of Streptococcus suis isolated from swine in France and from humans in different countries between 1996 and 2000. Journal of Antimicrobial Chemotherapy 2002, 50: 201-209.
Schwarz et al. Antimicrobial susceptibility of streptococci from various indications of swine, horses, dogs and cats as determined in the BfT-GermVet monitoring program 2004-2006. Berliner und Münchener Tierärztliche Wochenschrift 2007, 120: 380-390.
Wisselink et al. Quantitative susceptibility of Streptococcus suis strains isolated from diseased pigs in seven European countries to antimicrobial agents licensed in veterinary medicine. Veterinary Microbiology 2006, 113: 73-82.
A2-bronnenGegevens antibiogrammen DGZ 2009-2011.