NLFR

FENICOLEN

Actieve substanties

Chloramfenicol, florfenicol, thiamphenicol

Spectrum

Florfenicol heeft een breed spectrum: GRAM+ aëroben en GRAM- aëroben, meeste anaëroben, Rickettsiae, Chlamydophilae, Mycoplasma.
Chlooramfenicol is verboden bij voedselproducerende dieren.

Werkingsmechanisme

Florfenicolen zijn bacteriostatisch, maar in hogere concentraties bacteriocide. Ze verstoren de bacteriële eiwitsynthese (50-S unit van het bacterieel ribosoom).

Orale biologische beschikbaarheid

Goed tot zeer goed.

Weefselpenetratie

Zeer goed, ook intracellulair en diffundeert goed doorheen biologische barrières.

Eliminatieroute

Inactivatie in de lever, excretie via gal en urine.

Interacties

Antagonistisch: bèta-lactam antibiotica.

Opmerkingen

• Lokale weefselirritatie na intramusculaire injectie.
• Intraveneuze toediening in een contra-indicatie.
• Niet toedienen aan mannelijke fokdieren (stieren en beren).
• Gebruik voorbehouden aan ernstige infecties.
• Geen effecten bekend t.a.v. toediening aan drachtige of lacterende dieren.